Eindelijk regen.
Hoopvol luister ik naar de verkoelende druppels.
Een fikse bui, daar snak ik naar.
Zet het door?
Tik, tik, tik.
Dikke druppels sissen de hitte van de tent.
Sneller klinkt het ritme van een verkoelende bui,
plenst in het gras waar een plas blijft staan.
Een groeiende sompige plas.
Hij nadert met sluipende natte vingers
en grijpt het grondzeil.
Snel trek ik het omhoog,
ook er onder lopen de kuiltjes vol.
Onverwacht stroomt het water
als een brede rivier
de tent binnen.
Kolkt en schuimt
vrolijk rond de camping stoelen,
langs de kattenmand met twee angstige poezen.
Ze houden niet van water.
Vlug zet ik de mand met de mauwende dieren op de tafel.
Ik zit op een camping stoel met de benen op een kruk
de poezen te aaien.
De bui drijft eindelijk voorbij.
De zondvloed op het grondzeil stopt.
Ik bekijk de nattigheid, zie dat het één groot voordeel heeft.
Het grondzeil is nog nooit zo schoon geweest.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)

Geen opmerkingen:
Een reactie posten